In mijn vorige blog hebben jullie kunnen lezen dat IoT, anders dan vaak wordt gedacht, voor een belangrijk deel draait om de hardware en het onderhoud ervan. Als we met hardware werken, krijgen we ook te maken met de levenscyclus – en dus met keuzes over vervanging. De manier waarop lokale overheden dát invullen, bepaalt hoe smart hun city werkelijk is.
Data heeft geen houdbaarheidsdatum, een sensor wel. Dit betekent dat lokale overheden met ambities op IoT-gebied kennis daarover in huis moeten hebben. Die vind je niet altijd bij technische data engineers en data scientists, want die hebben vooral verstand van data. Maar als je gemeente, stad of regio vol hangt met sensoren, moet je ook weten wanneer ze aan vervanging toe zijn, en belangrijker, wat vervanging betekent voor jouw smart city.
De keten van IoT
IoT is namelijk een keten. Deze keten begint bij de sensor. Connectiviteit brengt data naar een server. Via de server stroomt de data door naar het platform, waarna een applicatie deze data netjes presenteert. De vervanging van hardware schopt deze keten vaak in de war.
Wie in de jaren negentig een nieuwe muis voor zijn computer kocht, kreeg daar een diskette bij. Daarmee installeerde je eerst een programma op de computer, zodat je de muis kon gebruiken. Kocht je weer een nieuwe muis, dan was er weer een ander programma nodig. Inmiddels werken muizen, headsets en webcams via het plug & play principe. Zodra je de hardware aansluit op je device, herkent die meteen dat het om een muis, headset of webcam gaat. Wel zo handig!
Recept voor chaos
Helaas is dat principe nog niet overal doorgevoerd. In de praktijk zijn het nog vaak de hardware-leveranciers die dicteren waar de data heengaat en hoe die wordt weergegeven. Daarom werken organisaties ook altijd met zoveel verschillende applicaties en dashboards; een recept voor chaos.
Daarom is het belangrijk om als lokale overheid duidelijke protocollen in het leven te roepen. De keten (sensor, connectiviteit, server, platform, applicatie) moet in stand gehouden worden. Het kan gebeuren dat de oude sensor niet meer te krijgen is of dat er een veel betere sensor op de markt komt. Je wilt dan je oude sensor kunnen vervangen, zonder meteen ook te moeten overstappen op een nieuw platform en een andere applicatie.
Plug & play IoT
Zorg daarom voor een vaste keten die ruimte biedt aan plug & play IoT. Zo weet je dat elke nieuwe sensor probleemloos in jouw IoT-keten kan fungeren. Zo heb je pas echt een toekomstbestendige oplossing, in plaats van eentje die elke zoveel jaar op de schop gaat.
Bijkomend voordeel is dat je al kunt beginnen met integreren voordat je de nieuwe sensor in huis hebt. Zou je klakkeloos de hardware-leveranciers blijven volgen, dan bouw je elke keer je huis om de nieuwe keuken heen. Houd je vast aan je eigen keten, dan blijven de muren en stopcontacten op hun plek, en plaats je alleen een nieuwe keuken.
Zo komt IoT andermaal neer op het houden van de regie. Het wiel hoeft niet telkens opnieuw te worden uitgevonden. Dat zou een echte smart city toch wel moeten begrijpen.
Feiko Gorter is Senior consultant Data & IoT bij Cegeka. Dit blog is deel 4 in een serie over de kansen en uitdagingen van overheden in de wereld van IoT.